- Op basis van artikel 4 van de Financiële verordening 2021 bedraagt de post onvoorzien die in deze begroting is opgenomen € 95.000.
- Onvoorziene uitgaven die zich in de loop van het begrotingsjaar voordoen, kunnen door het college ten laste van de stelpost worden gebracht.
- Daarbij moet worden voldaan aan de voorwaarde dat het een onvoorziene èn onuitstelbare èn onvermijdbare gebeurtenis betreft.
- Structurele onvoorziene uitgaven kunnen alleen het eerste jaar ten laste van de stelpost worden gebracht.
- Deze uitgaven zullen dus in het volgende begrotingsjaar meegenomen moeten worden in de begroting.